Edward van de Vendel

Leestips • Kinder en jeugd

Jona

Van Jona, de jongen die het hoofdpersonage is in het nieuwe boek van Anna van Praag, ga je steeds meer houden, hoe verder je in dit boek komt. Of nee: je hart bezorgt zichzelf steeds meer kneepjes, naarmate je verder leest over hoe hij, een zorgzame, bedeesde, gevoelige jongen, leert ook voor zichzelf te kiezen. Ik schrijf 'ook', omdat het juist daarover gaat: als je als kind een beetje klem blijkt te komen zitten tussen de herinneringen en trauma's van de mensen om je heen, terwijl je van jezelf zacht en liefdevol bent, en dus ook de anderen overeind wilt houden.

Anna van Praag voert ons in dit boek heel geleidelijk naar de emotionele sterking van Jona, geholpen door zijn twee nieuwe vrienden Elin en Lucas. Dat doet ze heel ontroerend. Het is knap hoe Van Praag dit heel ingeleefd doet, en hoe ze alle aspecten belicht. Bovendien speelt het verhaal zich af tegen de achtergrond van het Joodse opgroeien in Nederland. Het is prachtig hoe natuurlijk begrippen als bijvoorbeeld Jona's bar mitswa, als het ritueel met de gebedsriemen, als kaddiesj zeggen (en meer) een plek vinden in dit boek.

Dat alles maakt dat je al lezend steeds voelt: dit boek is origineel, dit boek is teder, en vooral: dit boek móést er zijn.