Edward van de Vendel

Leestips • Kinder en jeugd

Ey, luister es!

Als je zo'n fantastisch boek als Ey, luister es! gelezen hebt, denk je: het is niet alleen bijzonder dat de verzamelde Nederlandse en Vlaamse uitgeverijen zoveel sterk oorspronkelijk werk uitgeven, het is ook bijzonder dat de verzamelde Nederlandse en Vlaamse uitgeverijen zulke sterke vertalingen uitgeven. Dat Luitingh-Sijthoff koos voor deze jeugdroman, is namelijk verre van vanzelfsprekend. Gulraiz Sharif schreef het boek in een mengeling van Noors en Paki-noors, met zinnen die vrijwel nooit de nette grammatica volgen. Daarbij zijn er talloze, ja, echt tálloze verwijzingen naar de Noorse cultuur, tot en met de namen van plekken in Oslo, van gerechten, van winkels, van (rechtse) politici aan toe. En toch is dit boek er nu in het Nederlands, en dat is geweldig.

Behalve de durf van de uitgever moet ook vertaalster Bernadette Custers geprezen worden. Ik vermoed dat dit een van lastigste klussen uit haar carrière was, maar ze heeft voor de Noors-Pakistaanse mashup een wervelend Nederlands equivalent gevonden. En al die Noorse termen? Die staan er gewoon in, gelukkig zijn ze niet 'vernederlandst'. Ze zijn ook niet essentieel, wat wel essentieel is, zijn zinnen als deze:

'Ey, luister es! De reden dat ik dit boek schrijf is omdat Noorse Noren zoiets diggen. Ze houden ervan dat een buitenlander, zo mogelijk een enigszins onderdrukte en ongeslepen diamant, een of twee boeken zit te schrijven. Over hoe het "eigenlijk" is om 'n zwarte te zijn, over alle littekens, over alle pijn, alle moeilijkheden. Je weet wel, omdat ze durven niet zoveel met ons te praten. Ze denken wij gaan meteen hun tas nakken zodra we in de buurt komen, zekers! Dan beter boek lezen, broer. Op afstand. Met een kop thee ernaast, plaid om je lichaam. Da's chill man, weet je! Dan begrijpen ze ons.'

En toch is dit eigenlijk een verkeerd gekozen citaat. Want hoe ernstig hoofdpersoon Mahmoud hier klinkt, zo hilarisch is hij in het grootste gedeelte van het boek. Ey, luister es! is grappig en leest als een Noorse buitenwijk-metro. Maar Mahmoud heeft wel gelijk over het effect van zijn boek. Je leert héél veel over het dagelijkse leven in een flat, elf hoog, in een niet zo sjieke woonomgeving. We horen over hoe Mahmouds vader zijn eentonige taxibaantje ervaart, hoe nog weer harder Mahmouds moeder moet werken, en hoe Mahmouds oom, die een zomer lang op visite is vanuit Pakistan de Noorse maatschappij ervaart - tot en met een vrolijk bezoek aan de Pride aan toe.

En daar - bij die Pride - slaat het boek om. Want Mahmouds jongere broertje (Ali, tien jaar) komt er met glanzende ogen vandaan. Niet alleen om de vrijheid, om de glitter, maar vooral ook omdat Ali ontdekt dat hij een meisje is. En hoe kan dát gegeven zijn plaats vinden in dit gezin? Gulraiz Sharif neemt ons mee op de prachtige, liefdevolle reis die eerst Mahmoud en daarna de volwassenen moeten maken. Dat geeft Ey, luister es! zijn grootste waarde. Niet alleen is dit boek grappig, inzichtgevend, vrolijk - maar vooral ook zo, zo menselijk.