
De blauwe vinvistemster
Achter de titel van dit boek, De blauwe vinvistemster, en het sprookjesachtige omslag van Djenné Fila, gaat niet een fantasy-verhaal schuil, zoals je misschien zou verwachten, maar een realistisch relaas over een 'gewoon' meisje. En dat bedoel ik als een compliment. Elin Meijnen schrijft de dertienjarige Monica sterk tot leven. Het is heel aangenaam om dit boek tot je te nemen; Monica, maar ook haar nichtje van zeven en baby-neefje, én haar oma en opa, léven echt.
Monica beleeft een zomer op Terschelling. Ze staat op de drempel van de puberteit, en Meijnen maakt prachtig aannemelijk hoeveel ingewikkeldheid dat soms kan brengen. Aan de ene kant is er de veiligheid van familie, aan de andere kant lokken die brutale zestienjarigen in de duinen, met hun clandestiene vuurtjes en zomerverliefdheden, óók. Dit boek laat heel goed zien hoe er luikjes opengaan, hoe je als beginnend middelbareschoolscholier daar soms nieuwsgierig naar bent, en hoe je er tegelijkertijd soms toch nog niet achter wilt kijken.
Het fijnst vond ik misschien wel dat Meijnen dat alles inbedt in een warme familie. Geen (groot-)ouders die alles fout doen, geen heftig bedrog, dood en moord en verscheurende ruzies, maar gewoon: lieve ontdekkingen, gesprekken, zachte misverstanden. Meijnen kan goed kijken, en daarmee laat ze de lezer dat ook doen. Met een beloftevol einde. Ja, aangenaam.